Elke kamer heeft hier zeezicht. En een verrekijker binnen handbereik. Want de zee, het strand, de haven en vissers boten kleuren de dagen in Port-en-Bessin, aan de kust van Normandië. Én ze vormen de inspiratie voor het interieur van zes vissershuizen aan de kade, ingericht als sfeervolle vakantieverblijven.
“La Maison sur le Quai”, roepen vriendinnen Astrid Barbey en Laurence Berdeaux in koor. Van de zes authentieke vissershuizen die het stel restaureerde en inrichtte als vakantieverblijf, is ‘Het huis op de kade’ hen het liefst. “Omdat het alles vertegenwoordigt waar wij zo van houden”, zegt Astrid. “Eenvoud, authenticiteit, soberheid. En toch hedendaags. Maar vooral ook omdat het onze eerste liefde was, hier in Port-en-Bessin.”
Pionieren aan de kust
Met de aankoop van het kadehuis tien jaar geleden gooiden de Parisiennes het roer stevig om. Beiden verlangden ernaar om hun drukke kantoorbanen achter zich te laten. Om meer tijd buiten te kunnen doorbrengen op hun geliefde geboortegrond: de Calvadoskust van Normandië. “Daarom kochten we vijftien jaar geleden een buitenhuis, even buiten Bayeux. Elk vrij moment brachten we er door. Maar op een bepaald moment was dat niet meer genoeg”, schetst Laurence. “We waren begin veertig en voelden de midlifecrisis al kriebelen”, zegt Astrid lachend. “Om met Frédéric Bérat − de componist van het beroemde lied ‘Ma Normandie’ − te spreken: we voelden dat we een bocht moesten maken, om ons Normandië weer terug te zien. De dag dat we het kadehuis kochten, begon ook ons nieuwe leven. Als pioniers van charmante cottages in Port-en-Bessin.”
Authentiek bepaalt de koers
De zes huizen van Les Filles du Bord de Mer − De meisjes van de kust − zijn stuk voor stuk geselecteerd op hun karakter en verhaal. Ze staan in een kleurrijke visserswijk en werden eerder bewoond door zeemannen, nettenmakers en vissers. Naar wie enkele van de huizen ook zijn vernoemd. De grove buitenmuren zijn nergens strak gestuukt of voorzien van een zonnige tint. Een bewuste keuze. “De zee en het zout hebben hier altijd het laatste woord”, zegt Laurence. “De kalkverf die we in eerste instantie hadden gebruikt, bladderde al snel af. Vandaar dat de oude muren nu enkel een neutrale verflaag hebben. Zo, zonder opsmuk, ademen ze bovendien geschiedenis.”
Als je wilt, eten de meeuwen uit je hand vanuit La Maison sur le Quai.
Binnen kozen Astrid en Laurence telkens voor een spannende balans tussen oud en nieuw. Waarbij authentieke elementen meestal de koers bepaalden. Zoals de vloeren in ‘La Maison Matelot’. “In alle vier de appartementen lag een andere, originele vloer. Kleurrijke cementtegels bijvoorbeeld, zonde om die weg te breken, vonden we. Vandaar dat we eromheen hebben verbouwd. Uiteindelijk besloten we het interieur door te trekken in de stijl van de geometrische tegelpatronen, waarmee een verrassend retrosfeertje ontstond.”
Spelen met contrasten
In het huis ‘Un Bateau sous mon Transat’ koesterden de vriendinnen de stoere muren van caensteen, een crèmekleurige zandsteensoort uit de streek. De keuken- en badkamerwanden betegelden ze juist met strakke metrotegeltjes, als fris tegengeluid. “De uitdaging zat er voor ons voortdurend in om het oude karakter te bewaren, zónder dat het oubollig werd. Vandaar dat we overal hebben gespeeld met contrasten.” Boven in het huis kozen ze om dezelfde reden voor een gewaagde badkamerstijl: glazen wanden in kozijnen van zwart staal tussen eeuwenoude gebinten. “Best wel spannend, want zouden we de ziel daarmee niet geweld aan doen? Maar het werkt gelukkig heel goed en de ruimte blijft zo mooi open en licht.”
In de nok van een van de vissershuizen is een knusse loft ingericht. Het glas in de stalen kozijnen van de inpandige badkamer houdt de sfeer hier open en licht. Accessoires versterken het maritieme karakter, zoals de verweerde houten hutkoffer aan het voeteneind van het metalen bed. Aan de kapstok hangt een oud kapiteinsjasje.
Stoer staal en oud hout geven de loft een industrieel karakter
Het tweetal maakte, gesteund door familie en vrienden, bliksemcarrières als sloper, metselaar, timmervrouw en interieurontwerper. En hoewel ze samenwerken met aannemers en architecten, zijn zij het die alle verbouwingsplannen bedenken en tekenen. “Daarom heeft ‘La Maison Matelot’ een speciaal plekje in ons hart”, legt Laurence uit. “Tijdens die restauratie werd de binnenhuisarchitect in ons wakker. Iets waar we ons inmiddels met heel veel plezier professioneel mee bezighouden.”
Alle nuances blauw en grijs
Het kleurgebruik in alle vissershuizen is geïnspireerd op het palet van zee en strand. Zo zetten kiezelwitte planken en zandkleurige accessoires een strandhuiseffect neer in ‘La Cabane des Pêcheurs’. In ‘La Maison Matelot’ hebben vloer, wanden en gordijnen verschillende sobere tinten grijs, afgeleid van een woeste winterzee en wolkenlucht. “Hoewel we intens genieten van de warme zonsondergangen in de zomer, vinden we vooral de winters hier fascinerend. Het werkelijk magische lichtspel, gedirigeerd door de wind, zorgt voor de prachtigste nuances blauw en grijs.” In elk huis ligt een verrekijker voor een eindeloze blik over zeestraat Het Kanaal. En overal komen maritieme accessoires terug als link naar het uitzicht. Bijvoorbeeld oude reddingsboeien, ankers en portretten van vissers, matrozen en kapiteins – vondsten van rommelmarkten en antiekveilingen. Toch is de aankleding rustig. “Gasten moeten zich thuis voelen, niet op visite.”
Op het ritme van de getijden
Behalve de stijl hebben alle huizen nog één ding gemeen: ze staan op een steenworp afstand van de zee. Die beleving is voor Astrid en Laurence een heel belangrijk criterium; ze gunnen hun gasten een verblijf op het ritme van de getijden. Een blik op de bedrijvigheid in de haven. Op vissers die thuiskomen met hun netten vol fruits de mer. Waaronder de lokale trots: sint-jakobsschelp. “Al sinds de Romeinse tijd is hier alles gericht op de visserij. Dat gaf dit dorp zijn ziel. Port-en-Bessin heeft misschien niet de flair van Honfleur of Deauville. Of zulke prachtige stranden als Omaha Beach en Pointe du Hoc. Toch zijn we het allerliefst hier. Juist de eenvoud en bescheidenheid maakt deze plek voor ons bijzonder.”
Logeren in een van de vissershuizen?
La Maison sur le Quai kijkt uit over de twee pieren van de buitenhaven van Port-en-Bessin.
Port-en-Bessin (ook wel Port-en-Bessin-Huppain) ligt op 680 kilometer van Utrecht tussen de D-Day-landingsstranden aan de Calvadoskust van Normandië. In het vissersdorpje verhuren Les Filles du Bord de Mer vier compleet ingerichte huizen én vier appartementen. Een tweepersoons-appartement is er vanaf € 115 per nacht en € 680 per week (hoogseizoen), een compleet ingericht vakantiehuis vanaf € 950 per week (2 personen) tot € 3500 per week (6 personen). Op www.lesfillesduborddemer.com is een link naar de websites van alle huizen en appartementen.
Shoppen in de sfeer van Les Filles du Bord de Mer
Astrid en Laurence hebben in het dorp ook een sfeervolle boetiek met salon de thé ingericht. In La Compagnie Ordinaire de la Mer verkopen Astrid en Laurence meubels en maritieme woon-accessoires in de stijl van de vakantie huizen én ze serveren er thee, koffie en brunches. La Compagnie Ordinaire de la Mer is bij gelegenheid geopend, de aankondiging daarvan staat op www.compagnie-mer.com.
Fotografie: Les Filles de Bord du Mer | Tekst: Mirjam Enzerink
Lees ook:
Le Jardin de la Jaÿsinia in het Franse Samoëns: paradijs tussen hemel en aarde
The post Logeren in bijzondere vissershuizen in Port-en-Bessin appeared first on Seasons.